Wil jij in aan burgerschap werken via drama, maar heb je nog geen tijd of ruimte om je te verdiepen in Mantle of the Expert of Participatief Drama? Experts, leerkrachten en leerlingen die deelnamen aan ART4DEM formuleerden concrete suggesties:
1. Ik creëer een concrete, creatieve start om actief aan burgerschap te werken
Burgerschap kan abstract zijn. Start daarom zeer concreet vanuit een (onverwacht) verhaal of creatieve opdracht en geef je leerlingen de ruimte om het verhaal of thema actief te ontdekken: laat hen zaken opzoeken, creëren, verbeelden en uitwisselen met elkaar. Durf als leerkracht ook los te laten. Werken rond burgerschap is procesgericht. Waar de lessen precies eindigen is dus aan jou en jouw leerlingen om te ontdekken!
2. Ik vertrek vanuit de interesses en vanuit wat leeft bij mijn leerlingen
Vraag jezelf steeds af: wat maakt dit interessant voor mijn leerlingen? Afhankelijk van de groep zal dat anders zijn: wat voor de ene groep boeiend is, leeft bij de andere groep veel minder. Geef leerlingen voldoende vrijheid om zelf keuzes te maken, bv. over hoe ze een opdracht uitwerken of welke rol ze opnemen. Om betrokkenheid te stimuleren, laat je best ook ruimte voor andere manieren of oplossingen dan jij voor ogen had. Zo kom jij als leerkracht veel te weten over jouw leerlingen, vanuit keuzes die ze maken. Gun jezelf ook voldoende vrijheid. Laat je voorbereiding los als je leerlingen tijdens de lessen dieper willen ingaan op iets dat bij hen leeft en integreer hun input stapsgewijs in jouw (verdere) voorbereiding.
3. Ik zorg ervoor dat mijn leerlingen zich kunnen identificeren met zichzelf en anderen door een rol aan te nemen of te verbeelden
Spreek de verbeelding en het inlevingvermogen van je leerlingen aan. Interessant kan zijn om leerlingen zich te laten identificeren met een ander (fictief) persoon en zo iemand te representeren doorheen verschillende activiteiten. Je kan leerlingen anderzijds ook bepaalde contexten, situaties of zaken laten inbeelden en verbeelden vanuit hun eigen perspectief. Beide manieren bieden leerlingen de kans om via een verbeelde wereld te leren over de echte wereld. De kracht van deze context is het scheppen van een veilige ruimte om moeilijke en gevoelige onderwerpen te bespreken. Een rol aannemen of verbeelden kan uitdagend. Om leerlingen hierin te ondersteunen, is het belangrijk dat je zelf als leerkracht die stap ook zet. Je hoeft hiervoor geen ‘rol te spelen’.
4. Ik nodig mijn leerlingen uit om verschillende emoties, perspectieven en meningen te delen
Wanneer je werkt rond burgerschapsthema’s kan er heel wat beginnen borrelen binnen de klas. Voorzie tijd en ruimte om verschillende emoties, perspectieven en meningen bespreekbaar te maken. Laat leerlingen daarbij hun emoties en standpunten ook eens weergeven via een (zelfgekozen) artistieke werkvorm en grijp hun artistiek product én proces aan om met elkaar in gesprek te treden. Geef als leerkracht ook het voorbeeld: je hoeft niet alwetend te zijn, toon leerlingen bijvoorbeeld dat het oké is om een andere mening te hebben of iets (nog) niet (zeker) te weten.
5. Ik maak deel uit van mijn klasgroep
Spreek met je leerlingen alsof het collega’s zijn. ‘Doceer’ niet, maar nodig ze uit om samen te onderzoeken. Collaboratief taalgebruik is daarbij essentieel. Burgerschapsthema’s veronderstellen een oprechte en gelijkwaardige samenwerking tussen jou en je leerlingen. Vertrouw op hun ervaring en kennis en ga daar samen mee aan de slag. Vanuit je eigen authenticiteit kan je leerlingen ondersteunen bij het durven authentiek te zijn en het durven delen van emoties, meningen en perspectieven.
6. Ik vertrek geregeld vanuit doelen rond burgerschap
Last but not least: beschouw burgerschap niet als een apart vak of als een lesje dat moet worden afgevinkt, maar zie het als een kans om verschillende leerinhouden geïntegreerd aan bod te laten komen. Zo kan je verschillende vakken en leerinhouden combineren én tegelijk aan burgerschap werken. Durf daarom eens van eindtermen rond burgerschap te vertrekken en daaraan (tijdens het verdere proces) doelen en leerinhouden van andere leergebieden koppelen.