Er zijn hoorcolleges, werkcolleges, labo’s en projecten in onze opleiding.
Gewoonlijk heb je 20 tot 25 contacturen per week. De ruimte die overblijft in de week gebruik je om labo’s voor te bereiden en lessen extra in te oefenen. De contacturen zijn verplicht voor de labo’s en sterk aangeraden voor de hoorcolleges en werkcolleges. Contactmomenten op de campus vergroten je leerkansen want op die manier pik je al zoveel mogelijk op in de les, van je lector en van je medestudenten. Contactmomenten en wandelganggesprekken geven je bovendien ook extra motivatie. Naast de contactmomenten krijg je toegang tot een digitaal platform waarop alle cursusmateriaal en extra oefeningen staan.
Er is geen traject voor werkstudenten. Als werkstudent kan je wel minder studiepunten opnemen om zo de combinatie met werken mogelijk te maken. Er zijn geen gegarandeerde vaste dagen waarop je wel of geen les hebt. Het rooster is wel al bekend bij de start van het academiejaar. Je kan vervolgens de klasgroep kiezen die het minste conflict geeft met je werk.
Het tempo en het niveau in een hogeschool zijn anders dan op de universiteit. Mogelijk is de stap vanuit het secundair onderwijs naar de hogeschool meer haalbaar. Bovendien kan je na het behalen van je professionele bachelor Biomedische Laboratoriumtechnologie nog steeds verder gaan studeren aan de universiteit. Er is bijvoorbeeld een schakelprogramma naar Biomedische Wetenschappen. Je start dan aan de universiteit vanuit een succesverhaal aan de hogeschool.
De opleiding is volledig gescheiden van de bachelor Chemie volledig gescheiden. Hierdoor focus je je meteen op je interesse in het biomedische. Dat zie je als je naar de vakken kijkt in het eerste jaar. Je zal bijvoorbeeld hematologie en biochemie volgen.
De fysica in onze opleiding is toegepaste ‘biomedische fysica' voor 3 studiepunten. Je leert er de fysica die nodig is om bijvoorbeeld je microscoop te kunnen gebruiken of die het verschijnsel osmose helpt verklaren.
We starten vanaf nul. Maar het is wel belangrijk om te weten dat je veel chemie zal volgen in je eerste jaar. Want je hebt chemie nodig om aan de slag te gaan in alle labo’s. Hou er dus rekening mee dat de hoeveelheid best zwaar kan zijn, zeker als je geen of weinig chemie had in het secundair. In dat geval kan je best vooraf een zomercursus chemie te volgen en tijdens het jaar bij te benen in een monitoraat.
Tijdens het jaar worden de werkcolleges chemie op twee verschillende tempo’s aangeboden. Dezelfde inhoud, maar op verschillende snelheid gebracht zodat je het op jouw tempo kan aanpakken.
