Overslaan en naar de inhoud gaan

Innovatieve aanpak in geboortezorg: de vernieuwde richtlijn voor laagrisico-bevallingen

badbevalling

Focus op individuele zorg en ervaring, interdisciplinaire samenwerking en wetenschappelijke onderbouwing. Dit zijn enkele kernpunten uit de nieuwe richtlijn voor laagrisico-bevallingen, opgesteld door onderzoekers van het kenniscentrum Gezondheid en Wetenschap aan AP Hogeschool. Laagrisico-bevallingen betreffen situaties waarin de zwangere vrouw en haar baby geen geïdentificeerde medische complicaties of risicofactoren hebben die de kans op problemen tijdens de bevalling verhogen.

KCE-richtlijn uit 2010 toe aan een update

Een KCE-richtlijn is een aanbeveling of protocol opgesteld door het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) in België. Deze richtlijnen zijn bedoeld om de kwaliteit van de gezondheidszorg te verbeteren door evidence-based aanbevelingen te geven voor klinische praktijken en gezondheidsbeleid. De richtlijn voor laagrisico-bevallingen uit 2010 was voornamelijk gebaseerd op evidence based practice. Tijd voor een update!

In 2021 gaf de FOD Volksgezondheid, in het kader van het Evikey-netwerk, AP Hogeschool de opdracht om deze richtlijn te herzien. Dit project werd gerealiseerd met steun van partners zoals het RIZIV, WOREL, Cebam en ebpracticenet, en werd begeleid door een multidisciplinair team van zorgprofessionals en vertegenwoordigers van patiënten.

De richtlijn is bedoeld voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij laagrisico-bevallingen, ongeacht of deze in het ziekenhuis, een geboortecentrum of thuis plaatsvinden. Het document dient als basis voor het opstellen van klinische zorgpaden, het verbeteren van de zorgkwaliteit en het ondersteunen van beslissingsondersteunende tools. Daarnaast bevordert het de harmonisatie van zorgpraktijken en biedt het waardevolle informatie aan zwangere vrouwen en hun omgeving.

Wat leren we?

“In de hedendaagse zorgmaatschappij is er steeds meer aandacht voor de individuele ervaring van de vrouw voor, tijdens en na de zwangerschap,” vertelt onderzoeker Yvonne Kuipers. “Om dit te bereiken is samenwerking tussen betrokken disciplines in de geboortezorg van belang. Naast de noden en wensen van de individuele vrouw en haar omgeving, moet ook wetenschappelijke onderbouwing van beleidsopties worden meegenomen om tot goede beleidskeuzes te komen.”

De richtlijn fungeert als communicatiemiddel om te streven naar een uniform beleid in de Belgische geboortezorg, waarbij de fysieke en mentale gezondheid van de vrouw en het kind voorop staan. Dit betekent een richtlijn met een geactualiseerde visie op de zorg, die het perspectief van zowel de zorgvrager als de zorgverlener meeneemt. We leggen de nadruk op de creatie van een omgeving die vrouwen een gevoel van controle en persoonlijke voldoening geeft, onder andere door betrokkenheid bij besluitvorming, ook wanneer een medische tussenkomst gewenst of noodzakelijk is.

 

“De laatste 10 jaar zijn er nieuwe inzichten ontstaan over arbeid en bevalling. Dit leidde in meerdere landen tot aangepaste klinische praktijken en richtlijnen. Vernieuwende, evidence-based goede medische praktijkvoering kan de levenskwaliteit, tevredenheid van ouders en perinatale uitkomsten voor zowel moeder als pasgeborene sterk verbeteren en in veel gevallen de kosten voor het gezondheidssysteem verlagen.” - onderzoeker Eveline Mestdagh

Unieke expertise

AP Hogeschool heeft aanzienlijke expertise in onderzoek naar vroedkunde en heeft een breed nationaal en internationaal netwerk. Vanwege onze multidisciplinair en innovatief onderzoek en onderwijs konden we deze richtlijn vernieuwen en bijdragen aan een nieuw hoofdstuk binnen de geboortezorg. 

Je kan de volledige richtlijn raadplegen via ebpracticenet. Meer weten? Neem zeker contact op met de onderzoekers via onderzoek.gw@ap.be
 

Gerelateerde artikels