Probleemschets
De voedingswaarde van moedermelk en de bescherming die ze biedt tegen infecties (voornamelijk aan de meest zwakke zuigelingen; te vroeg geborenen met een laag gewicht of ziekte) zijn al lange tijd gekend en wetenschappelijk bewezen. Advies van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) luidt dan ook dat bij gebrek aan melk van de eigen moeder, donormelk verkozen wordt boven iedere soort kunstvoeding. Donormelk is gekolfde melk van een andere moeder. Mama’s kunnen hun overtollige melk doneren aan moedermelkbanken of maken gebruik van een informeel netwerk. Gezonde, voldragen kinderen komen momenteel niet in aanmerking om donormelk van een moedermelkbank te gebruiken. De FOD Volksgezondheid raadt tevens alle vormen van informele melkdonatie af.
Tegen het najaar van 2024 zullen de moedermelkdonorbanken van het UZ Leuven en CHU Luik alle te vroeg geboren baby’s in ziekenhuizen over het hele land van moedermelk voorzien. Hierdoor kunnen baby’s die extra kwetsbaar zijn, rekenen op de best mogelijke start. Beide ziekenhuizen zullen de productie en het transport van de donormelk coördineren. De vrouwen die melk doneren en ook de melk zelf, worden nauwkeurig gescreend. De gedoneerde melk wordt nadien ook nog gepasteuriseerd om geen ziektekiemen te bevatten.
Doel
Het onderzoeksproject ‘Moedermelkbanken’ van de AP Hogeschool richt zich op 2 domeinen. Allereerst wordt er in kaart gebracht wat beïnvloedende factoren op de keuze voor moedermelkdonatie van (toekomstige) ouders in België zijn. De onderzoeksresultaten zullen richtinggevend zijn voor de oprichting van officiële moedermelkbanken in Vlaanderen. Daarnaast wordt er maximaal ingezet op gerichte sensibilisering en informatiedeling met betrekking tot melkdonatie.
Vervolgens zal de kosteneffectiviteit van het gebruik van donormoedermelk versus kunstvoeding voor te vroeg geboren baby’s met een laag geboortegewicht (LBW) in België vanuit het oogpunt van de gezondheidszorg geanalyseerd worden. Buitenlands onderzoek toont namelijk aan dat alle interventies met donormoedermelk kostenbesparend of kosteneffectief zijn. Er wordt nagegaan in welke mate deze resultaten geëxtrapoleerd kunnen worden naar België. Voor de uitwerking van deze economische studie gaat AP een samenwerking aan met de Universiteit Antwerpen.