Skip to main content
project

a-Literacy

Kader en probleemstelling

De attitude van leerkrachten en meer specifiek de leesattitude heeft een belangrijke invloed op het schoolsucces van leerlingen (o.a. Hattie, 2012). Onderzoek wees er echter op dat leerkrachten vaak wel leesvaardig zijn, maar zelf niet graag lezen en dus a-literate kunnen worden genoemd (Nathanson et al., 2008). Aangezien lezen een cruciale rol speelt in het onderwijs en de maatschappij (o.a. Sullivan & Brown, 2013), is het essentieel om a-literacy tegen te gaan en in te zetten op een positieve leesattitude bij leerkrachten. 

Onderzoek aan AP Hogeschool (2012-2015) profileerde voor de volledige bacheloropleiding de leesattitude van leraren in opleiding en toonde zo het bestaan van drie types leesattitude. Het is nu de vraag hoe de overgang van student naar professional inspeelt op de leesattitude van deze leerkrachten en wat redenen zijn bij mogelijke wijzigingen in de leesattitude. Verwacht wordt dat via een professionaliseringsaanbod voor beginnende leerkrachten (BL), groepsgewijs of individueel, gericht kan worden ingezet op een positieve leesattitude; de beginjaren van leerkrachten zijn immers bepalend voor hun verdere onderwijscarrière (o.a. Aspfors & Fransson, 2015).

Onderzoeksvragen 

  1. Hoe evolueert de leesattitude van beginnende leerkrachten (BL)?
  2. Welke factoren spelen een rol bij wijzigingen in de leesattitude van BL?
  3. Kan een professionaliseringsaanbod in groep (via professionele leergemeenschappen PLG) of individueel (op maat van de individuele BL) de leesattitude van BL bevorderen?